Delen
Kom in actie tegen te hoge belastingrente in aanslagen vennootschapsbelasting | HLB Blömer
Menu
Actueel

Kom in actie tegen te hoge belastingrente in aanslagen vennootschapsbelasting

Gepubliceerd op

Op 8 november 2024 werd een uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland gepubliceerd waarin de rechter het (2022-)tarief van de belastingrente onverbindend verklaart. In plaats van 8% matigt de rechter het tarief naar 4%.

Kom in actie tegen te hoge belastingrente in aanslagen vennootschapsbelasting

Het (potentiële) belang van deze rechtspraak is groot. De verwachting is dan ook dat hoger beroep bij het Hof of zelfs (sprong)cassatie bij de Hoge Raad zal worden ingesteld. Daarnaast roept deze jurisprudentie ondertussen ook vragen op over de houdbaarheid van het tarief van belastingrente voor andere belastingmiddelen, zoals inkomsten-, omzet-, schenk- en erfbelasting.

Graag belicht we in deze bijdrage kort de achtergrond van de belastingrente. Vervolgens staan we stil bij de recente casus voor Rechtbank Noord-Nederland en de motivering door de rechter. We eindigen met een urgente (!) oproep om tijdig te controleren of een bedrag aan belastingrente is inbegrepen in recent aan uw onderneming opgelegde aanslagen vennootschapsbelasting. Om uw rechten veilig te stellen is het dan immers zaak om binnen zes weken na dagtekening van die aanslag actie te nemen.

Achtergrond

Belastingrente bent u verschuldigd indien een aangifte niet tijdig is ingediend en/of een aanslag niet tijdig werd opgelegd, terwijl die wél resulteert in een te betalen belastingbedrag. U voorkomt belastingrente als de aanslag door de Belastingdienst wordt vastgesteld binnen zes maanden na afloop van het boekjaar. Door een (hoog) tarief voor de belastingrente vast te stellen, worden belastingplichtigen gestimuleerd tot het snel (na afloop van hun boekjaar) verzorgen van de belastingaangifte ofwel het aanvragen van een voldoende hoge voorlopige aanslag. Op deze wijze kunt u dus belastingrente voorkomen, maar alleen wanneer u én de Belastingdienst tijdig handelen. Voor belastingplichtigen betekent dit dat wanneer zij verzoeken om het opleggen van een (voorlopige) aanslag binnen vier maanden na afloop van het boekjaar naar minimaal het juiste belastbare bedrag, géén belastingrente is verschuldigd.

In de praktijk lukt het veel belastingplichtigen niet om het fiscale winstniveau zo snel en zo nauwkeurig te bepalen. De belastingpositie van menig onderneming is daarvoor te complex, maar vaak zijn zelfs ook de jaarcijfers niet voldoende tijdig beschikbaar om die kunnen bepalen.

Het tarief dat de overheid als belastingrente heeft vastgesteld voor de vennootschapsbelasting bedraagt in 2022 minimaal 8%. Sinds 1 januari 2024 geldt zelfs een tarief van 10%. De gemoeide kritiek is dat dergelijk hoge tarieven nagenoeg geen reëel verband houden met andere, marktconforme rentepercentages.

Toetsing door de rechter

De kritiek op het belastingrentetarief gaat ver terug. 

Tot toetsing van dit tarief door de rechter kwam het echter niet in de praktijk. Het percentage van de belastingrente kwam namelijk direct voort uit de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) en rechters mogen die wet niet aan algemene rechtsbeginselen toetsen. De Covd19-periode leerde de overheid echter de behoefte aan flexibiliteit, bijvoorbeeld door het bedrijfsleven snel tegemoet te kunnen komen met een tijdelijke verlaging van het belastingrentetarief naar 0,01%. Die flexibiliteit wordt geboden door het tarief van de belastingrente met ingang van 1 oktober 2020 voortaan op te nemen in een beleidsbesluit (‘Besluit belasting- en invorderingsrente’).

Vanwege deze beleidswijziging kon de Rechtbank Noord-Nederland de belastingrente in een aanslag vennootschapsbelasting 2021 vervolgens toetsen aan de algemene rechtsbeginselen, zoals het evenredigheidsbeginsel.

Casus

Omdat in het beleid het tarief van de belastingrente in de vennootschapsbelasting in redelijkheid niet kon worden gekoppeld aan de wettelijke rente voor handelstransacties, oordeelde de rechter dat het Besluit belasting- en invorderingsrente onverbindend is. Die rente is immers bedoeld voor handelsvorderingen en de rechter oordeelt dat een nog niet geformaliseerde belastingschuld geen handelsvordering betreft.

Vervolgens doet de rechter in zijn uitspraak nog moeite om te achterhalen welke redenen ten grondslag liggen aan het hoge tarief van de belastingrente. Hij merkt op dat deze gebaseerd is op de regeling van de verzuimrente in het bestuursrecht. Deze verzuimrente echter ziet op een betalingsverzuim, terwijl de belastingrente bij een aangifteverzuim wordt berekend. Daarmee vindt de rechter geen rechtvaardiging voor het hoge percentage. De rechtbank oordeelt dat de beleidgever in 2022 in redelijkheid niet tot toepassing van een tarief van 8% heeft kunnen komen. De aanzienlijke nadelige gevolgen daarvan zijn onevenredig met het belang en onduidelijk doel dat met de regeling is gediend. Vervolgens bepaalt dat rechtbank dat de belastingrente moet worden berekend naar een tarief van 4% (zoals voor inkomstenbelastingplichtigen).

Conclusie: actie

Op grond van deze rechtspraak doen belastingplichtige ondernemingen die in een aanslag vennootschapsbelasting belastingrente berekend hebben gekregen over tijdvakken sinds 1 oktober 2020 er goed aan om daartegen in verweer te komen. Dat kunt u doen binnen zes weken na dagtekening van die aanslag of zo lang definitieve aanslagen (met daarin de beschikking belastingrente) nog niet onherroepelijk zijn vastgesteld. Tegen de belastingrente berekend op voorlopige aanslagen komt u op door een ‘verzoek om herziening van de belastingrente’ in te dienen. Tegen de belastingrente berekend op definitieve aanslagen dient u tijdig een bezwaarschrift in.

Hoewel ook in aanslagen voor andere belastingmiddelen belastingrente kan worden berekend, geldt daarbij beleidsmatig veelal een lager tarief. Daarover heeft de rechter zich bij mijn weten nog niet uitgesproken. Daarmee is de kans op succes van bezwaren tegen deze aanslagen ongewis. Dat het de rechter echter niet langer verboden is om het belastingrentetarief aan algemene rechtsbeginselen te toetsen, zal nu allicht ook snel duidelijkheid bieden voor andere belastingsoorten. Over ontwikkelingen ter zake de belastingrente houden we u graag op de hoogte.

Heeft u vragen over het bedrag aan belastingrente genoemd in een aanslag vennootschapsbelasting of anderszins? Neem dan tijdig contact met ons op.

Heeft u nog vragen?

Neem direct contact op met mr. Jos van Bavel, Fiscalist | Partner (associate) bij HLB Blömer in Nieuwegein.

Stuur een e-mail of bel +31 (0)30 605 85 11
mr. Jos van Bavel