Delen
Strengere regels en meer flexibiliteit voor bedrijfsopvolging | HLB Blömer
Menu
Actueel

Strengere regels en meer flexibiliteit voor bedrijfsopvolging

Gepubliceerd op

Het belastingplan 2025 introduceert verdere regels voor de bedrijfsopvolgingsregeling voor de schenk- en erfbelasting (BOR) en de doorschuifregeling voor de aanmerkelijkbelangheffing (DSR). Lees hier over de nieuwe regels.

Strengere regels en meer flexibiliteit voor bedrijfsopvolging

Deze extra nieuwe regels zijn bedoeld om de regelingen toegankelijk te houden voor echte ondernemers, om misbruik te voorkomen maar ook meer flexibiliteit te bieden voor ondernemers.

Voorsorteren of uitstellen?

Er is een aantal nieuwe regels dat al tot wet is verheven en met ingang van 1 januari 2025 in werking zal treden. Bedrijfsopvolgers hoeven niet meer minimaal 3 jaar op de payroll te staan voor de DSR bij schenken, maar er geldt wel een minimumleeftijd van 21 jaar. Dit maakt het makkelijker om aandelen aan kinderen te schenken zonder 3 jaar te moeten wachten. De 100% BOR-vrijstelling wordt verhoogd van afgerond €1.325.000 naar €1.500.000, terwijl het vrijstellingspercentage voor ondernemingen boven €1.500.000 wordt verlaagd van 83% naar 75%. Voor bedrijven met een relatief lage waarde kan het dus wat gunstiger zijn om de schenking uit te stellen tot na 1 januari 2025, terwijl voor bedrijven met een hogere waarde het benutten van de BOR in 2024 belangrijk kan zijn.

En wat is nieuw?

De extra maatregelen die genoemd worden in het belastingplan 2025, waren eerder dit jaar goeddeels bekend gemaakt, zie ook dit artikel. Er is op een aantal punten enig nuance aangebracht.

Gerichte toegang

De nieuwe regels zijn bedoeld voor echte ondernemers met een aanzienlijk economisch belang. Alleen gewone aandelen met een belang van minimaal 5% komen in aanmerking voor de BOR en DSR. Dit kan lastig zijn voor familiebedrijven en startups met veel kleine aandeelhouders. Daarom kan het verstandig zijn om kleinere aandelenpakketten dit jaar of volgend jaar nog te gaan schenken.

Preferente aandelen en hybride aandelen

Preferente aandelen blijven onder bepaalde voorwaarden in aanmerking komen voor de BOR en DSR. Deze aandelen moeten afkomstig zijn van gewone aandelen met minstens 5% van het geplaatste kapitaal. Preferente aandelen die niet in het kader van een gefaseerde bedrijfsopvolging zijn ontstaan komen niet in aanmerking. Preferente aandelen worden in het Wetsvoorstel gedefinieerd als ‘aandelen met voorrang bij winstverdeling en liquidatieopbrengsten’ (op direct en indirect niveau). Dat is op zich niet nieuw. 

Interessanter, maar vooral ook complex, wordt het voor zogenaamde ‘hybride aandelen’. Hybride aandelen hebben kenmerken van zowel gewone als preferente aandelen. Ze kunnen bijvoorbeeld stemrecht hebben zoals gewone aandelen, maar ook een vaste dividenduitkering zoals preferente aandelen. Aandelen met voorrang op een deel van het kapitaal kwalificeren als preferent als deze voorrang ‘wezenlijk’ is. Wat ‘wezenlijk’ betekent, is helaas nog niet duidelijk en zal nog nader gedefinieerd moeten worden in de wetgeving om misbruik te voorkomen. Relevant wordt dus hoe de aandelen zijn gestructureerd en of ze voldoen aan de criteria die worden vastgesteld voor preferente aandelen. Het doel zal uiteraard zijn om hybride aandelen die een reëel economisch belang vertegenwoordigen toegankelijk te houden voor de faciliteiten.

Domper voor de grote familiebedrijven, uitstel versoepeling van de verwateringsregels

De aangekondigde wijziging van de uitbreiding van de verwateringsregeling zullen niet, zoals oorspronkelijk gepland, op 1 januari 2025 in werking treden. Het gaat om de uitbreiding van de BOR voor indirecte belangen van minder dan 0,5% en voor directe belangen van minder dan 5%, op voorwaarde dat er samen met de familie een belang van tenminste 25% is. Deze wijzigingen moeten eerst worden goedgekeurd door de Europese Commissie vanwege mogelijke ongeoorloofde staatssteun.

Versoepelingen en Antimisbruikregelingen

Om misbruik te voorkomen, zijn er bezits- en voortzettingseisen. De voortzettingstermijn wordt verkort van vijf naar drie jaar, terwijl de bezitstermijn ongewijzigd blijft. Er komen meer mogelijkheden voor juridische herstructureringen zonder verlies van faciliteiten. Voor ouderen gelden strengere voorwaarden en een verlengde bezitstermijn. Tot slot komt er een Antimisbruikregel voor situaties waarin iemand een bedrijf verkoopt en later weer erft of geschonken krijgt via de BOR.

Heeft u nog vragen?

Neem direct contact op met mr. Annelies Posthumus, Senior Belastingadviseur bij HLB Blömer in Nieuwegein.

Stuur een e-mail of bel +31 (0)30 605 85 11
mr. Annelies Posthumus