7 eindejaarstips voor alle belastingplichtigen
Wat kunt u als belastingplichtige en ondernemer fiscaal dit jaar nog regelen?
U leest het in deze zeven tips voor alle belastingplichtigen.
We gaan hierna in op mogelijk belastingvoordeel dat met aftrekposten kan worden behaald, vooral in box 1 van de inkomstenbelasting, waarin inkomsten uit loon, pensioen en de eigen woning worden belast. Voor personen die de AOW-leeftijd nog niet hebben bereikt, geldt in box 1 een tweeschijvenstelsel. De eerste schijf loopt in 2023 tot € 73.031 en kent dan een tarief van 36,93%. Alles daarboven is belast tegen 49,5%.
Daarnaast bestaan in ons systeem heffingskortingen, waarmee de verschuldigde belasting wordt verminderd. De belangrijkste heffingskortingen zijn inkomensafhankelijk: de korting wordt minder als het inkomen stijgt (en vice versa). Zo kan een aftrekpost niet alleen belastingbesparing opleveren van het genoemde tarief, maar ook zorgen voor een hogere heffingskorting (en bij een hoger inkomen juist andersom). Het werkelijke voordeel van een aftrekpost kan dus groter zijn dan het tarief alleen. Het hangt echter van iemands persoonlijke situatie af hoe de uitkomst uitvalt.
1. Aftrekbeperking box 1
De in 2020 ingezette tariefdaling bereikt zijn laatste trede: het tarief van de eerste schijf in box 1 daalt volgend jaar van nu 37,07% naar 36,93%. De meeste aftrekposten kunnen dan slechts tegen dit tarief worden verrekend. Dit geldt als uw inkomen meer dan € 73.031 bedraagt en u aftrekposten (deels) tegen het hoogste tarief kunt aftrekken. Dit jaar kan dat nog tegen 40%. In 2023 komen aftrekposten in aftrek tegen maximaal 36,93%. U kunt hierop inspelen door aftrekposten zo veel mogelijk in de tijd naar voren te halen.
Naast aftrekposten voor ondernemers gaat het om uitgaven voor onderhoudsverplichtingen (partneralimentatie), uitgaven voor specifieke zorgkosten, weekenduitgaven voor gehandicapten, aftrekbare giften, het restant persoonsgebonden aftrek van voorgaande jaren en verliezen op beleggingen in durfkapitaal.
De aftrekposten voor o.a. premie arbeidsongeschiktheidsverzekering en lijfrente zijn uitgezonderd van deze aftrekbeperking
2. Voorkom dat heffingskortingen verloren gaan
Vanaf 2023 krijgt een belastingplichtige met weinig inkomen de algemene heffingskorting, de arbeidskorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting niet meer gedeeltelijk uitbetaald, ook niet als de fiscale partner voldoende belasting betaalt. Dit jaar kunt u nog 6,67% van de kortingen uitbetaald krijgen, op voorwaarde dat uw fiscale partner wel voldoende belasting betaalt. Degenen die vóór 1 januari 1963 geboren zijn, hebben nog wel recht op uitbetaling van de algemene heffingskorting, mits de partner voldoende belasting betaalt. Voor die groep geldt echter ook dat geen recht bestaat op uitbetaling van de arbeidskorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting.
U kunt het verlies aan heffingskortingen voorkomen! Heeft uw partner geen of onvoldoende eigen inkomsten, maar beschikt u samen met uw partner over belastbaar vermogen, dan kunt u hiermee het verlies aan heffingskortingen (deels) voorkomen. U doet dit door in de aangifte het vermogen geheel of gedeeltelijk aan de partner zonder of met weinig eigen inkomsten toe te rekenen. Dit vermogen wordt namelijk belast in box 3, zodat uw partner toch over inkomsten beschikt. De heffingskortingen verminderen dan de belasting die wordt berekend over de box 3-inkomsten.
3. Koop nog dit jaar een lijfrente
Wanneer u nog dit jaar een lijfrente koopt of een bedrag stort op uw lijfrentespaarrekening of -beleggingsrecht creëert u daarmee een extra aftrekpost. De betaalde bedragen zijn alleen aftrekbaar als sprake is van onvoldoende pensioenopbouw; aan het begin van het jaar mag u nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt hebben. U kunt uw reserveringsruimte berekenen op de site van de Belastingdienst (www.belastingdienst.nl). Als u voldoet aan de voorwaarden voor aftrek, kunt u de premie in 2022 aftrekken tegen maximaal 49,5%. Lijfrentes blijven ook de komende jaren gewoon aftrekbaar tegen het tabeltarief. Als u nu de premie kunt aftrekken tegen 49,5% en de uitkeringen zijn vanwege een daling van uw inkomen te zijner tijd belast tegen 36,93%, dan bedraagt het tariefvoordeel 12,57%-punt.
Tip! Zorg dat u de lijfrentepremies in 2022 betaalt! Alleen dan kunt u deze nog in aftrek brengen in uw aangifte inkomstenbelasting 2022. Bepaalde heffingskortingen zijn inkomensafhankelijk. Zo is uw algemene heffingskorting mogelijk hoger door de aftrek van een lijfrentepremie.
4. Cluster uw giften of schenk periodiek
Giften aan goede doelen zijn onder voorwaarden aftrekbaar. Voor giften geldt een drempel van 1% van uw verzamelinkomen vóór aftrek van persoonsgebonden aftrekposten, met een minimum van € 60. Alleen het bedrag aan giften boven deze drempel is aftrekbaar. Voor giften geldt ook een plafond (maximum) van 10% van het verzamelinkomen vóór aftrek van persoonsgebonden aftrekposten.
De aftrek van periodieke giften per 2023 wordt begrensd op € 250.000 per huishouden. Het meerdere levert vanaf 2023 dus geen aftrek meer op.
Tip! U kunt giften over meerdere jaren beter clusteren, zodat u maar één jaar met de drempel te maken heeft. Komt u met uw giften boven het plafond van 10% van uw inkomen uit, dan is het juist beter uw giften over meerdere jaren te spreiden. Schenk periodiek als u geen last wilt hebben van de drempel of het plafond. Bereken wel of het inspelen op het plafond en de drempel door periodiek te schenken, opweegt tegen het nadeel dat uw schenking over een langere periode wordt uitgesmeerd en vanwege de dalende tarieven minder oplevert.
5. Maak uw (klein)kinderen blij met een schenking
Profiteer ook dit jaar nog van de jaarlijkse schenkvrijstelling in de schenkbelasting. Zo kunt u in 2022 uw kinderen belastingvrij € 5.677 schenken en uw kleinkinderen of derden € 2.274.
Voor kinderen tussen 18 en 40 jaar geldt voor 2022 een eenmalige verhoging van dit bedrag tot:
- € 27.231;
- € 56.724, indien het bedrag gebruikt wordt voor een studie;
- € 106.671, indien het bedrag gebruikt wordt voor een eigen woning.
- De eenmalige schenking voor een eigen woning mag in drie opeenvolgende jaren worden benut. Voor schenkingen die voor het eerst in 2021 of 2022 plaatsvonden maar waarvoor nog niet het maximumbedrag van de vrijstelling is benut, mag in 2023 nog een aanvullende schenking plaatsvinden tot het maximum dat in 2022 gold.
- Schenkingen voor de eigen woning moeten worden besteed in uiterlijk het tweede jaar na het jaar waarin voor het eerst een beroep op de verhoogde vrijstelling is gedaan.
De vrijstelling van € 106.671 ten behoeve van een eigen woning geldt onder voorwaarden ook voor andere personen dan de eigen kinderen. De schenking kan eveneens worden toegepast indien het kind ouder is dan 40, maar een partner heeft tussen de 18 en 40 jaar oud.
Let op!
De eenmalige schenking van € 106.671 ten behoeve van de eigen woning wordt in 2023 verlaagd naar € 28.947 en per 2024 afgeschaft.
Er gelden overgangsregelingen waarmee het gebruik van de schenking voor de eigen woning kan worden opgerekt:
Zo kunt u de komende jaren dus toch nog gebruikmaken van de verhoogde vrijstelling voor de eigen woning. Dat is bijvoorbeeld handig indien uw kind nog geen woning heeft gevonden, maar wel voornemens is die in 2023 of 2024 te kopen. In dat geval kunt het bedrag dus al wel dit jaar overmaken. U kunt aan de schenking dan tevens de ontbindende voorwaarde verbinden dat het bedrag terug moet worden betaald als het niet tijdig wordt besteed aan een woning. Als de schenking dan in stand blijft, is alsnog schenkbelasting verschuldigd. De ontbindende voorwaarde moet wel worden overeengekomen bij de schenking en moet dus later verplicht worden uitgevoerd als de voorwaarde wordt vervuld.
6. Stijging overdrachtsbelasting voor panden die geen eigen woning zijn
De overdrachtsbelasting voor panden die geen eigen woning (hoofdverblijf) zijn, wordt in 2023 verhoogd van 8% naar 10,4%. Tracht een opgestarte aankoop van een dergelijk pand nog voor 31 december van dit jaar af te ronden.
7. Heffing over uw box 3-vermogen
Er was en is veel te doen over de heffing over vermogen, oftewel de box 3-heffing, sinds het arrest van de Hoge Raad eind 2021. Daarom is er herstelwetgeving opgesteld en een overbruggingswet voorgesteld. Vanaf 2026 is het de bedoeling dat heffing over het werkelijk rendement gaan plaatsvinden.
De overbruggingswet is van toepassing vanaf 2023. In de overbruggingswet wordt het inkomen nog steeds bepaald aan de hand van fictieve rendementen. Hierbij wordt uitgegaan van de werkelijke samenstelling van iemands vermogen verdeeld over drie verschillende categorieën.
De volgende fictieve rendementen gelden voor 2022:
- Bank- en spaartegoeden, deposito, contant geld: 0,01% (tarief 2021)
- Alle overige bezittingen 5,53%
- Alle schulden -/- 2,46% (tarief 2021)
De fictieve rendementen voor bank- en spaartegoeden, deposito en contant geld en voor schulden worden pas na afloop van het jaar vastgesteld. Voor overige bezittingen is het fictieve rendement voor 2023 vastgesteld op 6,17%.
- Optimaliseer de samenstelling van uw box-3 vermogen. De werkelijke samenstelling van het vermogen op 1 januari is dus heel beslissend. Het is voordeliger om dan spaartegoeden te hebben in plaats van overige bezittingen. Om het heen-en-weer schuiven van geld tegen te gaan geldt een anti-misbruikregeling. Grofweg betekent deze regeling dat als iemand heen en weer switcht in de 3 maanden rond de peildatum van 1 januari, de switch dan geacht wordt niet te hebben plaatsgevonden (tenzij zakelijke redenen kunnen worden aangetoond).
- Beleg groen in box 3 Wilt u uw box 3-vermogen verlagen, denk dan ook eens aan groene beleggingen. Voor groene beleggingen geldt een vrijstelling in box 3 van maximaal € 65.072 (bedrag 2023, onder voorbehoud). Voor u en uw fiscale partner bedraagt de vrijstelling gezamenlijk zelfs het dubbele (€ 130.144). Ook een minderjarig kind heeft zelfstandig recht op deze vrijstelling. Naast de vrijstelling in box 3 heeft u ook nog recht op een heffingskorting van 0,7% van het vrijgestelde bedrag in box 3.
- Overweeg de oprichting van een beleggings-bv/-fonds Heeft u op dit moment veel laag renderende overige bezittingen in box 3, overweeg dan de oprichting van een beleggings-bv of een open fonds voor gemene rekening om daar vóór 31 december 2022 deze bezittingen in te storten. De bv of het fonds betaalt over het daadwerkelijk ontvangen rendement tot een bedrag van € 200.000 in 2023 19% vennootschapsbelasting en over het meerdere 25,8%. Als het ontvangen rendement na belasting wordt uitgekeerd naar privé, betaalt u hierover in 2023 26,9% belasting in box 2 van de inkomstenbelasting. Gecombineerd is dat zo’n 40,18% van het daadwerkelijk ontvangen rendement tot € 200.000. Dat is vaak minder dan de 1,97% belasting die u in 2023 over uw laag renderende bezittingen betaalt in box 3, alhoewel u er wel rekening mee moet houden dat de vrijstelling in box 3 in 2023 € 57.000 per persoon bedraagt.
Let op!
Met een bv zijn oprichtings- en instandhoudingskosten gemoeid, bijvoorbeeld voor het jaarlijks (laten) maken van een jaarrekening. En om de laag renderende overige bezittingen na verloop van tijd belastingvrij naar privé te halen, is een gang naar de notaris nodig. Het is belangrijk bij de keuze voor de bv-variant deze kosten af te trekken van de jaarlijkse voordelen om te bepalen of het geheel voor u aantrekkelijk is.
Heeft u nog vragen?
Neem direct contact op met mr. E. (Bert) Nannen, Vennoot / Fiscalist bij HLB Nannen in Groningen.
Stuur een e-mail of bel +31 (0)50 526 65 33Heeft u nog vragen?
Neem direct contact op met drs. Herwin Hadders, Partner bij HLB Blömer in Nieuwegein.
Stuur een e-mail of bel + 31 (0)30 605 85 11Heeft u nog vragen?
Neem direct contact op met mr. E. (Bert) Nannen, Vennoot / Fiscalist bij HLB Nannen in Groningen.
Stuur een e-mail of bel +31 (0)50 526 65 33Heeft u nog vragen?
Neem direct contact op met HLB Witlox Van den Boomen, Algemene contactgegevens bij Newtone in Waalre.
Stuur een e-mail of bel +31 (0)402 21 58 05Heeft u nog vragen?
Neem direct contact op met HLB Witlox Van den Boomen, Algemene contactgegevens bij Newtone in Waalre.
Stuur een e-mail of bel +31 (0)402 21 58 05Heeft u nog vragen?
Neem direct contact op met mr. J.M.M. (Hans) Blankendaal, Partner bij HLB Amsterdam in Amsterdam.
Stuur een e-mail of bel +31 (0)6 22 66 29 77Heeft u nog vragen?
Neem direct contact op met drs. Herwin Hadders, Partner bij HLB Blömer in Nieuwegein.
Stuur een e-mail of bel + 31 (0)30 605 85 11Heeft u nog vragen?
Neem direct contact op met P.H.P.J. (Pascal) Scheerder, Partner / Belastingadviseur bij HLB Den Hartog in Rotterdam.
Stuur een e-mail of bel +31 (0)10 278 11 00Heeft u nog vragen?
Neem direct contact op met P.H.P.J. (Pascal) Scheerder, Partner / Belastingadviseur bij HLB Den Hartog in Rotterdam.
Stuur een e-mail of bel +31 (0)10 278 11 00