Prinsjesdag: Autobelastingen
Op dinsdag 17 september jl. presenteerde Minister van Financiën Wopke Hoekstra zijn koffertje met daarin de belastingplannen voor 2020. Op deze pagina leest u de belangrijkste plannen op het gebied van de autobelastingen.
Hieronder treft u een samenvatting aan van de maatregelen op het gebied van de autobelastingen die wij als meest relevant voor u selecteerden. Nadrukkelijk wijzen wij erop dat niets vaststaat tot zowel de Tweede als de Eerste Kamer zich erover heeft gebogen. Alle maatregelen treden in werking per 1 januari 2020 tenzij expliciet anders vermeld.
- CO2: Voorstel is per 1 juli 2020 de WLTP CO2 uitstoot de heffingsgrondslag van de bpm wordt. Mocht dit toch leiden tot een verhoging van de bpm, dan komt er overgangsrecht. De benzineauto met compressieontsteking wordt uitgezonderd van dieseltoeslag in de bpm.
- Fijnstoftoeslag: (berekening van) de fijnstofnorm wordt anders uitgedrukt. Als de dieselauto een af-fabriek roetfilter heeft, zit de berijder altijd goed. Het leeftijdscriterium van de dieselauto wordt geschrapt.
- Het kabinet wil de fiscale stimulering van emissievrije auto’s stapsgewijs afbouwen tot uiteindelijk nul vanaf 1 januari 2026. De zogenoemde cap, zijnde het deel van de catalogusprijs waarop de korting van thans 18%-punt van toepassing is, wordt op grond van de voorgestelde wijzigingen in 2021 verlaagd tot € 40.000 en daarna niet meer aangepast. Met ingang van 1 januari 2026 verliest de cap zijn belang.
- De cap is niet van toepassing op auto’s met een motor die kan worden gevoed met waterstof. Voor die auto’s is de korting op de bijtelling niet gemaximeerd.
- Het 0-tarief in de bpm voor emissievrije auto’s wordt verlengd tot en met 2024. Vanaf 2025 geldt voor personenauto’s met een CO2-uitstoot van 0 gram per kilometer de vaste voet van € 360 (prijzen 2019) in de bpm.
- Het 0-tarief in de Motorrijtuigenbelasting (MRB) voor een personenauto met een CO2-uitstoot van 0 gram per kilometer wordt ook verlengd tot en met 2024. In 2025 betaalt men voor deze personenauto’s 25% van het dan geldende reguliere MRB-tarief. Vanaf 2026 betaalt men voor deze personenauto’s 100% van het reguliere MRB-tarief. Deze wijziging geldt niet alleen voor personenauto’s, maar ook voor bestelauto’s, motorrijwielen, vrachtauto’s, rijdende winkels, autobussen en buitenlandse motorrijtuigen.
- Het voor de MRB geldende halftarief voor personenauto’s met een CO2-uitstoot van meer dan 0 maar niet meer dan 50 gram per kilometer wordt verlengd tot en met 2024. In 2025 wordt dit halftarief omgezet in een driekwarttarief, waarna per 2026 het volledige tarief gaat gelden.
- Voor bestelauto’s van ondernemers geldt voor de motorrijtuigenbelasting nu een verlaagd tarief. In het Klimaatakkoord is afgesproken om dit tarief geleidelijk te verhogen tot 2024. Om de maatregelen uit het klimaatakkoord te bekostigen, wordt de accijns op halfzware olie en gasolie (diesel) op zowel 1 januari 2021 als op 1 januari 2023 verhoogd met 1 eurocent per liter.
- De huidige correctiefactor voor de massa van Plug-in Hybride Elektrische Voertuigen (PhEV’s) voor bestelauto’s wordt verlengd tot en met 2025.